Wij hebben twee artikelen geschreven over zonnepanelen aansluiten omdat dit onderwerp complex is en er heel veel variabelen bij komen kijken. De artikelen hoeven niet in een bepaalde volgorde gelezen te worden.
Tegenwoordig is tussen de omvormers en groepenkast altijd een directe verbinding. Er loopt een kabel van de omvormer naar de meterkast en de omvormer krijgt ook zijn eigen groep in de groepenkast. Een eigen groep wil zeggen dat de omvormer zijn eigen automaat heeft (of stop) en dat er geen andere apparaten op die groep zitten. Er zijn uitzonderingen op deze regel. De belangrijkste is de PV-verdeler. Hierbij wordt een groep gesplitst in een productiegroep en een consumptiegroep. Dit kan bij kleine installaties met omvormers die tot maximaal 16 Ampère leveren. Dit zijn maximaal 3680 Watt omvormers.
Achtereenvolgens behandelen wij hier wat theorie over zonnepanelen aansluiten op de groepenkast; de kwestie van 1- of 3-fasige aansluitingen; het onderwerp bekabelingstrajecten en tot slot wat meer informatie over PV-verdelers.
Als klant van Triplesol hoef je over onderstaande onderwerpen eigenlijk niet na te denken. Die zorg nemen wij je uit handen. Dit is puur ter informatie voor mensen die het onderwerp interessant vinden.
Dus in overzicht:
Selectiviteit
Er zijn een aantal vuistregels waar een elektra-installateur zich in de regel wel aan houdt, tenzij de situatie uitzonderlijk is. Selectiviteit wil zeggen dat je een aantal stappen onder de hoofdschakelaar blijft. Bijvoorbeeld in kolom 1 zie je dat je op een 25 A hoofdschakelaar maximaal een 16 A automaat aansluit. Tussen 16 A en 25 A zit namelijk de “stap” van 20A.
1-fase installaties hebben een maximum van ongeveer 28 panelen. Om welke panelen het gaat en hoe je de panelen plaatst is van grote invloed op hoeveel panelen er maximaal op de omvormer kunnen. 28*450 Wp panelen vol op het zuiden zullen de limiet van een 6000 Watt omvormer ruim overschrijden. Leg je dezelfde panelen op het noorden, zou je misschien zelfs met een lichtere omvormer uit kunnen komen.
Je hoeft de maat van de omvormer niet zelf te bepalen
Je kunt het beste aan ons overlaten welk type omvormer geplaatst wordt. Wij maken gebruik van speciale ontwerpprogramma’s om dat te berekenen. Maak in ieder geval niet de denkfout dat het aantal Wp dat een omvormer kan verstouwen hetzelfde is als de wattage van de omvormer. Je kunt zeker 120% van het aantal Wp plaatsen op een normale omvormer en soms veel meer.
Kabeldikte 1
De dikte van de kabel is een functie van de geplaatste automaat; die bepaalt namelijk hoeveel stoom er door de kabel heen komt. Bij grotere installaties, moet dus goed worden opgelet of wel de juiste dikte kabel aanwezig is voor de stroom dat eroverheen moet.
Van elke omvormer die wij aanbieden is er een datasheet waarin staat hoeveel ampère de omvormer maximaal zal leveren. Zelf kun je dat ook een beetje nagaan door het aantal Watt van de omvormer te delen door 230. Een omvormer van 5000 Watt, zal dus maximaal een kleine 22 A gaan leveren. Echter, dat zal die zeker niet continue doen. In de wintermaanden bijvoorbeeld zal de omvormer niet eens in de buurt komen. De belasting van de omvormer is daarbij ook van groot belang. Een 5000 Watt omvormer met 10 panelen erop zal niet in de buurt komen van 22 A maximale stroom. Daar hoef je dus geen zorgen over te maken bij zonnepanelen aansluiten.
Bij micro-omvormers van APS moet je het aantal Watt van de gebruikte micro-omvormers simpelweg bij elkaar optellen. Een DS3 kan bijvoorbeeld 880 Watt produceren. Je mag op 1 string APS maximaal 20 A afzekeren. 20 A * 230 V = 6600 Watt. 6600 Wat gedeeld door 880 Watt = 7,5. Er mogen maximaal 7 DS3 op 1 string. Als je van een PV-verdeler gebruik moet maken, dan mag je maximaal een string maken van 16 A. Dat betekent minder micro-omvormers en dus minder zonnepanelen aansluiten.
Terug naar selectiviteit in zonnepanelen aansluiten
Zoals te lezen is in de tabel, is het niet de bedoeling om een omvormer van meer dan 16 A aan te sluiten op een hoofdschakelaar voor 25 A. Dat geldt ook op gebied van 3-fase 16 A. Het is dus eigenlijk niet de bedoeling om bijvoorbeeld een 1-fase 5000 Watt omvormer aan te sluiten op een 3-fase aansluiting.
Gebeuren er ongelukken als je zoiets toch wel doet bij zonnepanelen aansluiten? Nee, de kans daarop is heel klein. Je zou eigenlijk tot aan de hoofdschakelaar door kunnen plaatsen. Deze zal namelijk alleen uitgaan op moment dat de omvormer langere tijd meer dan 25 A teruglevert aan het net. Het is een trage schakelaar. Dat zou verder betekenen dat alle apparaten in huis ook helemaal uit moeten staan. Als er bijvoorbeeld 5 A aan interne consumptie is en de omvormer produceert 29 A, dan zou de hoofdschakelaar erin moeten blijven. 29 A – 5 A = 24 A. We zoeken de randjes niet op, maar de regel van selectiviteit is eigenlijk niet erg goed doordacht op gebied van zonnepanelen aansluiten op de groepenkast. Soms is het echter beter je te houden aan een regel; ook eentje waar je het niet mee eens bent.
Kabeldikte 2
Het bepalen van de dikte van de kabel is voor ons als adviseurs een leuk onderdeel van de puzzel. Wij gebruiken daarvoor bovenstaande kruistabel, ook al zit deze bij de meeste van ons in het hoofd. Zowel bij 1 als 3-fase zijn aders van 2,5 mm2 dik genoeg om alle installaties mee te doen. Op deze kabel zou je zelfs tot 20 A kunnen plaatsen. Bij 3-fase kun je tot 60 zonnepanelen aansluiten, ook als dat niet helemaal de bedoeling. Boven de 20 A moet je eigenlijk 4 mm2 kabels gebruiken. Daarop moet je zeker 25 panelen per fase kunnen doen, en in de praktijk vast ook meer. 6 mm2 of 10 mm2 zie je eigenlijk alleen bij hele grote projecten of hele lange bekabelingstrajecten. 6 mm2 wordt ook standaard gebruikt in de groepenkast om groepen onderling aan te sluiten.
1-fase of 3-fase
Zoals uit bovenstaande tabel is op te maken, is de aansluiting van de woning bepalend voor wat voor omvormer wij kunnen plaatsen. Er is zelfs een schemergebied waar zowel een 3-fase omvormer geplaatst zou kunnen worden als een 1-fase omvormer.
Bij het bezoeken van een woning, zien wij altijd direct wat voor meter er hangt. Aan de meter zie je wat voor aansluiting de woning heeft. Je kunt het in veel gevallen zien aan de maat van de meter, maar het staat er ook gewoon op. Er zijn uitzonderingen waarbij de netbeheerder een verkeerde meter heeft aangesloten of bijvoorbeeld de fases niet allemaal correct heeft aangesloten. Dit kan natuurlijk ernstige gevolgen hebben voor de installatie. Als er enige twijfel is, kan je daarom het best maar even bellen met de netbeheerder of ze geen fout hebben gemaakt, want de fouten van anderen kunnen wij niet ondervangen.
1-fase omvormers op een 3-fase aansluiting
Zoals hierboven beschreven is het dus prima mogelijk op een 3-fase systeem een 1-fase omvormer aan te sluiten. Sterker nog, dit heeft een lichte voorkeur. 1-fase omvormers zijn goedkoper en efficiënter dan 3-fase omvormers. Het aansluiten van 1-fase omvormers op 3-fase systemen kan officieel tot maximaal 16 A. Dat zijn omvormers van maximaal 3680 Watt. In de praktijk hebben we het dan over tussen de 14 en maximaal 19 á 20 panelen. Daarna kom je er zeker niet onderuit een 3-fase omvormer te gebruiken zonder de regel van selectiviteit te breken. Tussen de 14 en 20 zonnepanelen aansluiten is een beetje een schemerzone waarin je nog kunt kiezen voor mogelijk een iets te kleine 1-fase omvormer die goedkoper is en meer produceert, maar op zonnige dagen wel iets afknijpt of een grote omvormer die niet afknijpt, maar ook minder produceert.
Ondanks dat het minder produceert, kiezen veel mensen dan toch voor 3-fase omdat de gedachte dat de stroom dan evenwichtig wordt verdeeld over de fases een prettige is. Eigenlijk maakt het niet uit dat je op 1-fase alles zou terugleveren. De meter kan alleen per saldo zien wat er in- en uitgaat, en meet niet per fase. Een 3-fase omvormer bij een 1-fase aansluiting kan echter niet. Dan schiet de omvormer in storing. Dat maak je dus mee als de netbeheerder is vergeten een fase goed aan te sluiten. Het is ook de taak van de netbeheerder om dat dan op te lossen.
Verzwaren aansluiting
Natuurlijk kun je ervoor kiezen om je hoofdaansluiting te verzwaren voor meer zonnepanelen aansluiten. Dat is een kwestie van contact opnemen met je netbeheerder en hem vragen de aanpassing te verrichten. Sommige aanpassingen zijn gratis. De meest voorkomende aanpassing is van 1-fase naar 3-fase. Deze kost in de basis ongeveer € 325,-. De meeste mensen zullen dit voor panelen alleen niet heel snel doen. De kans dat je met 28 panelen niet uitkomt qua verbruik, is niet erg groot. Mensen doen zoiets eerder als ze bijvoorbeeld een elektrisch voertuig willen nemen. De laadtijd van een auto dat met 3-fase wordt opgeladen is namelijk korter dan eentje met 1-fase.
Bekabelingstrajecten
Het doel bij bekabelingstrajecten is altijd een zo kort mogelijke route te maken dat niet storend voor het oog wordt weggewerkt. Onze adviseurs bekijken altijd het bekabelingstraject als ze op offertebezoek gaan bij een pand. Veel mensen die wij bezoeken hebben een redelijk goed beeld van hoe het traject zou kunnen lopen op basis van iets dat ze zelf hebben bedacht of bij een buurman hebben gezien. Wij proberen deze opties zoveel mogelijk na te lopen en te bekijken of we niet iets beters kunnen bedenken. Soms is dat namelijk wel zo en daar is dan iedereen bij gebaat. Installateurs bekijken op dag van installatie of een bekabelingstraject gaat lukken en komen met een alternatief als het bedachte traject niet lukt. Soms kan het traject wel, maar hebben ze zelf een beter plan dat ze dan aanbieden ter overweging.
Voorbereidingen op zonnepanelen aansluiten op de groepenkast
Een klein anekdote uit het veld over zonnepanelen aansluiten: zo nu en dan komt Triplesol op bezoek bij mensen die zonnepanelen hebben en deze willen vervangen. Het eerste wat daaraan opvalt, is dat oude systemen zelden zijn aangesloten op een eigen groep in de groepenkast. De omvormer van de zonnepanelen zit vaak met een stekker in het stopcontact aangesloten op een bestaande groep. Dat is tegenwoordig een doodszonde als installateur, maar toen kon dat nog omdat de panelen zo weinig produceerden.
Het bewustzijn over zonnepanelen is sindsdien flink gegroeid. Omdat zonnepanelen steeds actueler worden voor de meeste mensen, zien we ook regelmatig dat er al voorzieningen zijn getroffen voor zonnepanelen aansluiten als wij ergens aankomen. Dit zie je vooral bij nieuwbouw, of mensen die graag in huis klussen. Voorbeelden zijn kant en klare kabels, dakdoorvoeren en mantelbuizen die met het oog op zonnepanelen zijn aangebracht.
We zijn daar erg blij mee omdat het ons werk scheelt. Het is wel belangrijk dat de juiste voorbereidingen zijn getroffen voor het aangeboden systeem. We komen wel eens bij mensen die bijvoorbeeld een wisselstroom kabel helemaal naar het dak hebben getrokken vanuit de meterkast. Dat is handig, maar alleen als de wens is om micro-omvormers te plaatsen. Anders moet er toch een andere oplossing komen waarbij gelijkstroom kabel wordt geleid naar een plek van de omvormer en vanaf daar naar de meterkast. Een ander pijnlijk voorbeeld is van te dunne wisselstroomkabels of 1-fase kabels waar we eigenlijk 3-fase kabels nodig hebben. Andersom is overigens geen probleem.
Locatie omvormer en bekabelingstraject
Bekabelingsroutes zijn uiteraard heel erg afhankelijk van de locatie van de omvormer. Een veelgebruikte route voor ons is buitenlangs, langs (of door) een regenpijp, via de kruipruimte en omhoog in de meterkast. Veel woningen hebben koven die van een vliering doorlopen tot aan de kruipruimte. Hier zitten leidingen en soms ook andere elektra in. Een veel voorkomend probleem met koven is dat je deze open moet breken om erin te komen of dat de koof op onnatuurlijke plekken niet doorloopt, bijvoorbeeld tussen verdiepingen. Het is vrijwel 50/50 of het lukt om bekabeling door een koof te leggen. Het is goed om dan minstens één Plan-B achter de hand te hebben voor als het niet lukt.
Gelijkstroom kabel in plaats van wisselstroom
Het komt wel eens voor dat mensen op de schuur zonnepanelen willen en dat deze enige afstand is tot de woning. Vaak wordt dan de afspraak dat zij zelf de wisselstroom kabel erin leggen naar de schuur. Daar is goede raad bij geboden. Als de afstand groter wordt tussen omvormer en groepenkast, neemt ook het verlies op de kabel toe. Het is mogelijk dit op te lossen door een dikkere kabel te plaatsen. De kosten hiervan stijgen hierdoor echter snel. Wat veel handiger is in dat geval, is om het wisselstroomtraject kort te houden en hetzelfde stuk te overbruggen met gelijkstroom bekabeling. Gelijkstroom bekabeling is doorgaans goedkoper en de verliezen erop zijn lager. Dat betekent dat de panelen op de schuur blijven liggen, maar de omvormer gewoon binnen komt te hangen in de buurt van de omvormer. In dat geval sturen wij de gelijkstroom kabel alvast op.
PV-verdeler
Veel makkelijker nog dan het maken van een bekabelingstraject naar de groepenkast, is het gebruiken van een PV-verdeler. Om dit te kunnen doen, hebben wij een schone groep nodig of een groep die heel licht ballast wordt met andere elektronica. Een schone groep wil zeggen dat de kabel vanuit de groepenkast niet onderbroken wordt met vertakkingen op weg naar de plek waar wij hem opvangen met een verdeelkastje. In de meeste gevallen heeft zo’n groep maar één stukje elektronica erop, bijvoorbeeld een wasmachine of droger. In de meeste woningen staat de wasmachine op een eigen groep. Dat is namelijk sinds het vorige decennium een gebod uit het Bouwbesluit. In veel gevallen staat de wasmachine op de bovenste verdieping, lekker dicht bij de panelen. In plaats van een heel nieuw traject te hoeven maken naar de groepenkast, lift de stroom uit de omvormer op de bestaande bekabeling terug naar de groepenkast.
Een PV-verdeler kun je het best vergelijken met een groepenkast zoals deze in meterkast staat. Deze heeft evengoed een kabel die vanuit het net komt, alleen bij de PV-verdeler komt de kabel van een andere bron, namelijk de groepenkast. Een PV-verdeler kan in uitgeklede vorm bestaan uit twee automaten en een behuizing. Hij kan in “luxe” vorm beschikken over één of meerdere stopcontacten, een hoofdschakelaar, een aardlekschakelaar en automaten. Het hangt een beetje van de installateur af welke gebruikt wordt. Je betaalt in principe voor een uitgeklede, dus als je een luxe krijgt is het bonus. Alle PV-verdelers doen hetzelfde.
PV-verdeler en maximum vermogen omvormers
Wat je qua omvormer op een PV-verdeler kunt plaatsen hangt af van verschillende zaken. De belangrijkste beperking is de kabel die naar de te splitsen groep loopt. In 99,9% van de gevallen zal dit een 2,5 mm2 kabel zijn. Als we kijken naar ons kruistabel zien we dat we hier maximaal eigenlijk 16 A op mogen zetten. Dit betekent dat je gebonden bent aan een omvormer van niet meer dan 3680 Watt. Je zult ook geen grotere omvormers tegenkomen dan dit op een PV-verdeler.
Onterechte verdachtmaking PV-verdelers
De veiligheid van PV-verdelers wordt regelmatig in twijfel getrokken en dat is volledig onterecht. Er is geen goede theoretische onderbouwing voor en het is zelfs goedgekeurd door NEN1010, een kennisinstituut dat richtlijnen schrijft voor veilig elektrotechnisch installeren. Wij installeren al 7 jaar PV-verdelers en hebben nog nooit een klacht gehad. Het is pas één keer gebeurd dat de PV-verdeler ging smelten maar dat kwam doordat er een draadje niet goed was aangedraaid en niet door de PV-verdeler zelf.
Werkzaamheden in de meterkast
De mooiste manier om zonnepanelen aan te sluiten op de groepenkast, is door deze met een automaat aan te sluiten achter een bestaande aardlekschakelaar. Op een aardlekschakelaar mogen maximaal vier groepen zitten - is een beetje de afspraak. Als er dus geen ruimte meer is achter een aardlekschakelaar, kan de omvormer ook op een alamat worden gezet. Dat is een automaat en aardlekschakelaar in 1. Deze twee methodes zijn volgens de regels van NEN1010, maar zijn zeker niet altijd nodig. Van de individuele omvormerfabrikanten mag je de omvormers ook gewoon op de strip zetten zonder aardebeveiliging ertussen. Wij doen dit ook vaak genoeg bij Goodwe omvormers die wel eens meer stroom lekken dan 100 mA, maar geenszins gevaarlijk zijn.
Hoofdschakelaren en voorschriften
Sowieso geldt in Nederland de regel dat bij zonnepanelen aansluiten op de groepenkast van een woning, dat er een hoofdschakelaar aanwezig moet zijn in de groepenkast. Zeker kleinere en oudere woningen, hebben niet zo’n hoofdschakelaar. Kunnen zonnepanelen dan nog wel geplaatst worden? Ja, dat kan nog wel, alleen het is niet helemaal de bedoeling. In bijna alle gevallen bieden wij een klant aan de groepenkast te voorzien van een hoofdschakelaar, maar we laten de keus of ze dit doen aan hen over. De kosten hiervan zijn al gauw rond de € 180,- omdat er een elektricien moet komen met zegelrecht. Zegelrecht wil zeggen dat je de meter mag open maken en aanpassingen mag maken aan de aansluiting. Bij mensen die geen hoofdschakelaar hebben, is dat noodzakelijk. Er zijn weinig elektriciens die dat in Nederland hebben. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door een freelancer.
Soms kom je er niet onderuit en moet de groepenkast vervangen worden. Dit is een ingreep die meestal tussen de € 400,- en € 900,- kost excl. btw, afhankelijk van het soort groepenkast dat vervangen moet worden en het aantal groepen daarin. 3-fase groepenkasten zijn ietsje prijziger doordat het schakelmateriaal daarin ook duurder is. Wij verzorgen voor onze klanten nieuwe groepenkasten waarin direct een voorziening voor zonnepanelen aansluiten wordt aangetroffen indien nodig. Het werk wordt door dezelfde freelancer uitgevoerd.
Conclusie zonnepanelen aansluiten op de groepenkast
Een installatie kan heel voor de hand liggend zijn in de manier waarop je het aansluit, maar zeker de grotere systemen hebben wel wat haken en ogen waarop gelet moet worden. Dit maakt het werk van een adviseur dynamischer: het wordt vaak het leukste onderdeel van het vak gevonden.
De informatie op deze pagina kan je helpen in het treffen van bijvoorbeeld voorbereidingen voor zonnepanelen aansluiten op de groepenkast. Wij leggen graag uit waar wij op letten en waarom wij bepaalde keuzes maken. Het kunnen namelijk heel andere keuzes zijn dan bijvoorbeeld een andere aanbieder. Een SE3680 aanbieden op een 3-fase aansluiting wordt niet door iedereen begrepen, bijvoorbeeld. Sommige technieken worden door andere installateurs ten onrechte afgeschoten wat alleen kan worden uitgelegd als een gebrek aan ervaring en begrip van de theorie. Het is leuk om te zien hoe wij bepaalde klanten hebben kunnen overtuigen van een radicaal andere oplossing en hoe blij ze zijn dat ze ons het voordeel van de twijfel hebben gegeven.
Comments